Leidse Vertaling 1912/1994 | Book List

Navigation


 

Psalmen 129

1 Een bedevaartslied. Hard heeft men mij van der jeugd af behandeld--zo zegge Israel--

2 hard mij behandeld van der jeugd af; toch hebben zij mij niet overmocht.

3 Ploegers hebben mijn rug beploegd, lange voren hebben zij getrokken.

4 De Heer is rechtvaardig, hij sneed de strengen der bozen door.

5 Te schande zullen worden en terugdeinzen alle haters van Sion;

6 zij zullen worden als gras op de daken, dat voordat het in den halm schiet verdort,

7 waarmee geen maaier zijn hand vult, noch een schovenbinder zijn arm.

8 Zodat de voorbijgangers niet zeggen: 's Heeren zegen over u! wij zegenen u met den naam van den Heer!